TrosKompas

Freek Vonk

Ringslang

Een slang zien, dat is toch een van de gaafste natuurbelevingen ooit? En dat kan ook in Nederland!

 

De langste inheemse slang bij ons is een ringslang. Je vindt ringslangen vlakbij of in water, en ze jagen er van de lente tot de herfst op kikkers, padden en watersalamanders. Ze verschalken ook weleens een vis of kuiken. Ring-slangen overmeesteren hun prooien zonder gif en werken ze levend naar binnen. Als ringslangen onder water zwemmen, zien ze minder scherp dan boven water. Dat komt doordat ze hun ooglenzen niet kunnen verstellen. Wat ze vaak doen is met hun kop boven water een prooi zoeken, op het laatste moment onderduiken en toeslaan.

Toneelspeler

Ringslangen hebben een hele bak natuurlijke vijanden. Denk aan reigers, gaaien, eksters en buizerds, en zoogdieren als dassen, vossen, hermelijnen en egels. Ook gladde slangen jagen op ringslangen. Dat zijn alleen nog maar de vijanden van de volwassen dieren. Voor jonge ringslangetjes is het leven nog veel zwaarder, want zij zijn kleiner. Bij gevaar zullen ringslangen altijd eerst vluchten. Is het daar te laat voor, dan gaan ze over op plan B: een toneelstukje. Ze gooien zich in kronkels op hun rug en tonen hun kwetsbare, lichte buik. Ze sperren hun bek open, de tong uit de bek, en draaien hun pupillen weg. Om het nog echter te laten lijken, persen ze soms een druppeltje bloed via hun slijmvliezen uit hun bek. Hun echte acteertalent blijkt uit hun vermogen om naar wens te gaan liggen stinken. Uit hun cloaca (de opening waaruit de ontlasting en urine komt) stroomt een goedje dat ruikt naar rottend vlees. Zo lijkt het net of de slang er al enige tijd ligt en totaal niet aantrekkelijk is als maaltijd. Een belager die de slang besnuffelt voor hij overgaat tot eten, wordt er helemaal mee besmeurd. Hopelijk helpt het. Dit zijn slangen met stalen zenuwen!

 

Beeld © Getty Images