Indische sterschildpad

Ik maak een wandeling in een bos in Sri Lanka, een land dat ‘de parel van de Indische Oceaan’ wordt genoemd. Opeens zie ik iets langzaam over de weg waggelen: een Indische sterschildpad!

Het lijkt misschien niet zo, maar Indische sterschildpadden zijn geel met zwart, niet andersom: hoe ouder ze worden, hoe meer het patroon op hun schild slijt en hoe geler hun kleur. Behalve mooi voor het oog zijn de donkere sterpatronen van levens-belang voor deze langzame reptielen; het is een vorm van camouflage, omdat het zorgt voor vormvervaging. Met andere woorden: het is voor een natuurlijke vijand niet meteen duidelijk waar de schildpad ophoudt en de achtergrond begint. Zo schuifelen de schildpadden ongezien door bos en grasland. Het wrange is dat hun prachtige patroon ze aan de ene kant minder doet opvallen voor roof-dieren, maar aan de andere kant maakt het ze juist erg gewild in de internationale illegale dierenhandel. Sterker nog: Indische sterschildpadden zijn de meest verhandelde landschildpadden ter wereld. Jaarlijks verlaten er duizenden de grenzen van Sri Lanka, India en Pakistan. Het paarseizoen staat voor veel dieren gelijk aan showmanschap en agressie, maar sterschild-padden lijken volgens het motto ‘make love not war’ te leven. Mannetjes vechten zelden om vrouwtjes en ook de vrouwtjes houden het vriendschappelijk - tenzij het echt bijna tijd is om hun eieren te leggen. Want vind maar eens het beste nestelplekje! Omdat ze verder niet voor de jongen zorgen, kiezen sterschildpadden zeer zorgvuldig: goede graafgrond is belangrijk, die niet te nat en niet te droog is. Droge aarde kunnen vrouwtjes, tot op zeker niveau, nog wel verbeteren; dan plassen ze over het plekje heen. Maar ze moeten ook in de toekomst kijken. Is er een kans dat de plek een keer overstroomt? Of zal het verschroeien in de felle zon? Pas als aan alle voorwaarden is voldaan, beginnen de vrouwtjes met het graven van hun flesvormige nestje!