TrosKompas

Freek Vonk

Nilgai

Nilgai’s behoren tot de grootste antilopen in Azië. Ze worden ongeveer 2 meter groot en de grotere mannetjes wegen meer dan 200 kilo. Ze hebben de perfecte afmetingen om de eetlust van wolven, tijgers en luipaarden op te wekken.

Het is dus niet zo gek dat nilgai’s schuwe dieren zijn, bedacht op het kleinste teken van gevaar. Ze hebben scherpe ogen en zijn moeilijk te benaderen. Als ik een kudde in het oog krijg, hebben ze mij allang in de gaten. Ze kijken in mijn richting om te peilen of ik iets ben waarvoor ze moeten vluchten. Dit is een kudde die alleen uit vrouwtjes met kalfjes bestaat. In de nilgai- gemeenschap leven mannen en vrouwen het grootste deel van het jaar apart, in kleine kuddes van zo’n vier tot twintig dieren.

Kom in de kring

Dat verandert vanaf december, als de paartijd aanbreekt. Dan sluiten de stieren zich bij de koeienkuddes aan. De stieren hebben een territorium dat met ze meeverhuist zodra ze een stap zetten; met andere woorden, ze verdedigen de ruimte om zich heen. In de paartijd wordt die persoonlijke ruimte ineens een stuk groter! Binnen hun cirkel laten ze alleen volwassen vrouwtjes toe. Iedere stier probeert zo een harem om zich heen te verzamelen. Dat kan een drukke bedoening worden, en soms komen de harems van twee dominante stieren te dicht bij elkaar in de buurt. Dan wordt het knokken! Het is niet voor niets dat de huid van vooral mannetjesnilgai’s op de borst en in de nek extra dik is. Die vormt een schild tegen de hoorns, waarmee ze elkaar lelijk kunnen verwonden. En ze weten heel goed hoe ze die hoorns moeten gebruiken: als piepjonge kalfjes oefenen ze al op elkaar!

 

Beeld © Getty Images