TrosKompas

Freek Vonk

Roodstaartamazilia

Ik ben in Costa Rica, en kom een heel klein druk vliegend baasje tegen: een roodstaartamazilia! Een van de meer dan vijftig soorten kolibries die je hier in Costa Rica kunt vinden.

Roodstaartamazilia’s gonzen rond felgekleurde bloemen, met vleugels die tientallen slagen per seconde maken. De bloemen waar kolibries op afkomen zijn meestal rood, oranje, geel of paars. Deze kleuren vallen voor hen het meest op en ze beloven wat lekkers: nectar. Kolibries zijn suikerverslaafd. Ze hebben ieder kwartier een dosis nodig en eten er per dag een half tot een paar keer hun eigen gewicht van. Maar ze verbranden dagelijks dan ook zo veel calorieën voor hun kleine lijfje, dat de trouwste sportschoolbezoeker erbij zou verbleken. Hun spijsvertering gaat zelfs zo snel, dat ze die ’s nachts op een heel laag pitje zetten. Dan kunnen ze namelijk niet tussendoor bijtanken. Als de ochtend aanbreekt, is het eerste wat ze doen natuurlijk weer: ontbijten met suiker. Nectarrijke bloemen moeten dus altijd in de buurt zijn; dat is van levensbelang. Als een roodstaartamazilia eenmaal een mooie open plek met veel bloemen heeft gevonden, laat hij zich de kaas niet van het brood eten. Iedere indringer en voedselconcurrent, of dat nu een bij, vlinder of andere kolibrie is, belaagt hij met duikvluchten!

Haar op je tong

Niet alleen slangen en sommige andere reptielen hebben een gevorkt uiteinde aan hun tong. Bij kolibries zie je dat ook. Ze pompen met hun ultradunne, gespleten tong efficiënt nectar uit de bloemen. Als de top in de suikeroplossing wordt gedoopt, splijt die in tweeën en ontrollen haarachtige uitsteekseltjes langs de tongrand zich. Dit wordt de nectarval. Als de kolibrie zijn tong terugtrekt komen de punten weer samen, rollen de borsteltjes op en vullen holtes in de hele tong zich met de energiedrank. Een roodstaartamazilia steekt zijn tong makkelijk twintig keer per seconde uit. Dat doen wij ze niet na.

 

Beeld © Getty Images