TrosKompas

NOSTALGIE GT Rovers

Vergeten groente: Heilig boontje

Het begrip ‘een heilig boontje’, iemand die braaf doet, maar dat bepaald niet is, kennen we natuurlijk allemaal. Dat het ook een vergeten groente is, weet lang niet iedereen.

Bonenplanten werden naar alle waarschijnlijkheid in de zeventiende eeuw door de Spanjaarden vanuit Zuid-Amerika in Europa geïntroduceerd. De gewone boon (Phaseolus vulgaris) kent diverse rassen, zoals witte en bruine bonen en dus ook het heilig boontje, ook wel adelaarsboontje of monstransboontje genoemd.

Deze stokbonen worden vanaf april tot juli gepoot, waarna de plant zo’n twee à drie meter langs een lange stok omhoogklimt. De boontjes groeien in 12-14 centimeter lange peulen en kunnen droog of vers worden gepeld. Hoewel het heilige boontje al lang geteeld wordt, is het weinig in de handel. Best gek eigenlijk, want het smaakt heerlijk en lijkt op tamme kastanjepuree of kikkererwt.

Monstransboon
Misschien wel het meest bijzondere aan dit ronde witte boontje is de roodbruine tekening rondom het naveltje in de vorm van een engel, een monstrans of een vogel. Sommigen zien in de tekening een soldaatje, waardoor het ook wel soldatenboontje wordt genoemd. Er zijn heel wat volksverhalen te vinden over hoe deze boon aan zijn bijzondere uiterlijk komt.

Zo was er eens een pastoor die zijn monstrans, een veelal gouden houder waarin de hostie wordt getoond, tijdens de Beeldenstorm in een akker begroef. Als de dood dat eventuele plunderaars de net omgespitte aarde maar verdacht zouden vinden, plantte hij daar witte bonen bovenop. Een wonder geschiedde, want bij de oogst bleken de bonen een wel heel bijzondere monstranstekening rondom het naveltje te hebben.

Hebt u zin gekregen om zelf het heilig boontje te gaan telen? Let dan wel op dat na de oogst de goed gedroogde bonen 24 uur 
in de vriezer gelegd moeten worden. Daarmee voorkomt u het 
eventueel uitkomen van eitjes van de bonenvlieg.