TrosKompas

NOSTALGIE GT Rovers

Huttentut

Huttentut (Camelina sativa) is een kruisbloemige plant die ruwweg 2000 tot 3000 jaar geleden in ons land werd verbouwd. Het is daarmee een van onze oudste cultuurgewassen. De plant (ook bekend als vlashuttentut, gekkenzaad, vlasdodder, deder of karmil) werd voorral in zandstreken verbouwd.

Het bijzondere eraan is dat hij al vanaf de oudheid voor diverse doeleinden werd gebruikt. Zowel de Grieken als de Romeinen wonnen olie uit de zaadjes. Die gebruikten ze niet alleen voor verlichting, maar ook als spijsolie. De gedroogde, dunne, ruwe stengels van de vlashuttentut werden gebruikt voor bezems en als dakbedekking. Er werden ook manden van gevlochten.

Lampenolie
De bladeren van de plant werden overigens al vanaf de IJstijd als voedzame groente gegeten. Archeologen hebben in de maaginhoud. van goed bewaarde veenlijken resten van huttentut gevonden. De Germanen vonden de ietwat bittere smaak. van het blad prima passen bij gebakken champignons of bij een tijdens de jacht gevangen konijn.

Later, tot ongeveer 1880, werd huttentut voornamelijk geteeld voor lampenolie. Vanaf 1931 kwam de plant in ons land nauwelijks meer voor. Vlashuttentut stond lange tijd zelfs op de Nederlandse Rode Lijst van planten als een soort die niet meer aanwezig was in ons land.

Comeback
Maar nu is de huttentut hard bezig aan een comeback! De huttentutolie, met zijn aangename amandelsmaak, is zelfs online te bestellen. Die is heerlijk als bakolie of in een frisse salade. Ook de bio-industrie toont veel interesse. Al in 2009 maakte de KLM, als een van de eerste Nederlandse luchtvaartmaatschappijen, een proefvlucht met in een van de motoren biokerosine gemaakt van huttentutolie.

Om deze vergeten groente vol met omega-6 vetzuren en vitamine E weer op ons bord te krijgen, moeten echter eerst nog heel wat boeren enthousiast worden gemaakt.