Stripverhaal 'Kapitein Rob'

‘De avonturen van Kapitein Rob’ was een oer-Hollandse strip. bedenker en tekenaar Pieter Kuhn (1910-1966) liet de stoere kapitein allerlei avonturen beleven in exotische, verre landen.

Pieter Kuhn, die voor de oorlog onder andere boekillustraties, filmaffiches, reclamewerk en prentbriefkaarten verzorgde, kreeg tegen het einde van de oorlog steeds minder opdrachten binnen. Hij ontwikkelde daarom een idee voor een krantenstrip, die hij kort na de oorlog aan voormalig verzetskrant ‘Het Parool’ aanbood. De redactie van de krant vond de strip briljant, maar zijn teksten minder, waarop journalist Evert Werkman (1915-1988) aan hem gekoppeld werd. De strips waren meteen een succes en al gauw kwam er ook een blad op de markt, ‘Robs Vrienden’.

Het verhaal
Kapitein Rob steekt samen met trouwe hond Skip verschillende zeeën en oceanen over en belandt ook nog op Venus en de maan. In zowel het heden als in het verleden krijgt hij het aan de stok met lieden van divers pluimage, waaronder de geheimzinnige baron Himota. In dertien verhalen moet hij het opnemen tegen de sinistere professor Lupardi met het reusachtige voorhoofd. Die voert verschillende onheil­spellende experimenten uit, zoals het plaatsen van ‘hersen­antennes’ op de kop van pinguïns, waardoor die volledig onder zijn bevel staan. Ook de snuffel­torpedo, het nevelkruid en de verlangstraler van Lupardi passeren de revue. Via
het ‘Historisch Oog’ kan de held terug in de tijd reizen. Op Terschelling ontdekt hij een ondergrondse bunker waarin nazi’s boze plannen smeden die hij op het nippertje verijdelt.

Miljoenen exemplaren
Kuhn maakte van 1945 tot 1966 73 verhalen, totdat hij overleed aan de gevolgen van een hartinfarct. Zijn strips waren in binnen- en buitenland zo geliefd, dat de uitgegeven verhalen een oplage bereikten van 1.750.000 exemplaren. Op basis van de strips werd in 2007 ook nog een bioscoopfilm gemaakt, ‘Kapitein Rob en het geheim van professor Lupardi’.