Zwartpunthaai

Ik ben op de Bahama’s en klief met mijn boot als een speer door het lichtblauwe water richting een smal kanaaltje tussen twee eilanden. Hier gaan we voor anker. Daar zijn de eerste onderwaterbewoners al: zwartpunthaaien!

Deze haaien heten natuurlijk niet voor niets zo. Ze danken hun naam aan het feit dat hun vinnen in zwarte verf gedoopt lijken te zijn. Ze zijn dus makkelijk te herkennen! Zwartpunthaaien zijn flinke haaien, ze worden zo’n tweeënhalve meter lang en komen wereldwijd voor in tropische en subtropische zeeën en oceanen. Terwijl ik naar deze nieuwsgierige kleine rakkers die rond de boot cirkelen kijk, daalt een triest besef in, want haaien staan onder druk. Elke seconde worden er zo’n drie haaien afgeslacht. Dat zijn 100 miljoen haaien per jaar. Gedood als gevolg van commerciële visserij en bijvangst, voor hun vlees, vinnen en kraakbeen. Gelukkig worden haaien hier in de Bahama’s goed beschermd, want haaien zijn extreem belangrijk voor de biodiversiteit in oceanen en het gezond houden van koraalriffen.

Kraamkamer
Het kanaaltje waar ik voor anker lig, is een soort kraamkamer. Kleine zwartpunthaaien, verpleegsterhaaien, rifhaaien en andere soorten groeien hier relatief veilig op zonder al te veel natuurlijke vijanden. Als ze groter zijn, gaan ze verder de open zee op. Het valt me op hoe ontzettend snel en behendig ze zijn. Dit is ook logisch: haaien zijn natuurlijk vissen, maar wel heel bijzondere. Het skelet van een haai bestaat namelijk niet uit bot, maar helemaal uit kraakbeen. Het zijn kraakbeenvissen, net als roggen. Kraakbeen is licht en buigzaam materiaal, het zit bijvoorbeeld ook in onze oren en onze neus.Zo’n kraakbeenskelet is ook een stuk lichter. Hierdoor zijn ze sneller en behendiger onder water. Handig als je vooral op andere vissen jaagt.

Beeld: © Getty Images