TrosKompas

Nostalgie GT Rovers

De gasmunt

Het eerste gas werd begin negentiende eeuw alleen gebruikt voor straatverlichting en openbare gebouwen. Rond 1880 had één op de vijf huishoudens gas, maar het was nog erg duur!

Het gas in huis was hartstikke fijn, maar dat zorgde wel voor grote financiële problemen. Men kon de torenhoge gasrekeningen eigenlijk niet betalen. Utrecht had daar als eerste een oplossing voor, door in 1895 muntgasmeters in de woningen te plaatsen. Voor tweeënhalve cent kreeg men één kubieke meter gas. Geen geld in de meter? Dan kwam er ook geen gas. Eens per maand kwam er een muntambtenaar langs om het muntbakje te controleren en te legen.

Sjoemelen
Veel gezinnen kwamen na WO I opnieuw in de financiële problemen. Men stopte hetzelfde geldbedrag in de meter, maar de gasprijs was inmiddels zo gestegen, dat er veel minder gas voor werd geleverd. Rotterdam kwam in 1920 met een speciale gasmunt waarbij de wisselende gasprijs al bij aankoop van de munt werd verrekend. De gasmunten werden per drie stuks verkocht bij het gasbedrijf of in de buurtwinkel. Waren de munten ’s avonds op, dan was het rennen geblazen naar de muntautomaat in de straat. Natuurlijk werd er flink gesjoemeld met de munten, daarom kwamen er nieuwe munten met speciale gleuven. Menige slimmerik probeerde die na te maken, maar dan kwam weer de muntambtenaar aan de deur en dan moest er alsnog afgerekend worden.

Verschillende munten
Aan gasmunten uit die tijd is te zien dat iedere gemeente zijn eigen model, kleur, vorm en opdruk had. De munten werden gemaakt van messing en aluminium. Tijdens WO II werden deze metalen schaars, waarna ze van zink werden gemaakt. Door de komst van aardgas in de woningen verdwenen eind jaren zestig alle muntgasmeters. Voortaan lag de gasrekening op de deurmat.

Gaspenning_Almelo_vz

Beeld: © Quistnix at Dutch Wikipedia