TrosKompas

Freek Vonk

Paca

Het is nacht en ik loop stilletjes door de jungle van Suriname. Dan hoor ik wat geritsel. Ik schijn met mijn hoofdlamp en word aangestaard door een klein en vriendelijk ogend knaagdier: een paca!

 Paca’s hebben een groot leefgebied, van Mexico tot het noorden van Paraguay. En het zijn nachtbrakers. Ze komen buiten spelen wanneer hun ‘neefjes’, de agouti’s, gaan slapen. Het is net of ze het stokje van een estafetterace van elkaar overnemen, want in uiterlijk, gedragingen en voedselkeuze lijken beide soorten knaagdieren erg op elkaar. Ze hebben wat weg van kleine varkentjes met de kop van een eekhoorn en korte hertenpootjes.

Paca’s hebben grote ogen die in het donker nog genoeg licht opvangen om goed te kunnen zien. Over hun roodbruine lijf lopen lichte vlekken en lengtestrepen, die perfect het schaduw- en lichtspel van de zonnestralen op de bosvloer nadoen. Zo zijn paca’s overdag tijdens het rusten – onder holle boomstammen of in holen – goed gecamoufleerd.

Monogaam
Paca’s zijn monogaam, maar leven in een latrelatie: een mannetje en een vrouwtje verdedigen samen een territorium van zo’n drie hectare, maar zoeken hun eten apart van elkaar en slapen in aparte holen. Een beetje saai misschien, maar wel slim. Want doordat ze samenwerken in het bewaken van hun grond-gebied en hun holen op verschillende plaatsen maken, hebben ze een beter overzicht op wie er in en uit hun territorium loopt. En ze verdedigen hun grond-gebied dan ook fel.

Een pacapaartje blijft dan wel hun leven lang bij elkaar, maar het mannetje moet wel regelmatig zijn dominantie en affectie laten gelden tegenover het vrouwtje. En dat doet hij op een nogal bijzondere manier: hij plast over haar heen. Daarmee versterken ze hun band. Wanneer het vrouwtje er niet van gediend is, laat ze dat weten ook en bijt van zich af. Als ze het toelaat, is alles koek en ei. Bijzondere knaagdieren, die paca’s!

TK1813_126_01

 Beeld: © ANP

BANNER_FREEK