TrosKompas

Freek Vonk

Afrikaanse zeearend

Ik vaar in Tanzania over een rivier als zich vlak voor mij een spektakel ontvouwt. Ik zie een Afrikaanse zeearend naar beneden duiken om een vis te grijpen!

Deze schitterende roofvogel kan een spanwijdte bereiken van wel twee meter. Je vindt hem vaak aan de oever van een rivier, hij zit dan op een grote tak en scant het wateroppervlak af naar een volgende maaltijd. De meeste vissen die hij vangt zijn klein, maar zelfs vissen van een kilo of vier zijn niet veilig voor hem. Als je lang genoeg naar zo’n speurende zeearend kijkt, zie je hem soms even met de kop knikken of snel heen en weer bewegen. Dit doet hij om scherp te stellen. Hij speurt zijn hele gezichtsveld af op zoek naar een mogelijke prooi en schat in hoe ver weg deze is. Hij gebruikt zijn ogen zo als een sluipschutter die door de zoeker van zijn geweer tuurt. Ziet hij een veelbelovende rimpeling in het water, dan schiet de zeearend soepel van zijn tak en scheert-ie in een lage hoek over het water – zo ontstaat er geen schaduw boven op de prooi.

Superogen
Afrikaanse zeearenden moeten, net als andere roofvogels, precies het juiste moment berekenen waarop ze toeslaan. Gelukkig zien roofvogels vier tot acht keer zo goed - meer detail - als het scherpste menselijke oog en hebben ze prooien dus van grote afstand al in de gaten. Daarnaast staan hun ogen naar voren gericht, wat betekent dat ze net als wij diepte kunnen inschatten. Als zo’n zeearend er bijna is, strekt hij zijn poten met geopende klauwen naar voren en grijpt hij zijn prooi. Hij heeft dan ook grote, sterke en scherpe klauwen. Deze klauwen spietsen meteen vitale organen en breken smalle botjes. Hij kan er enorme druk mee uitoefenen. Drukgevoelige kussentjes op zijn tenen ‘vertellen’ de roofvogel precies het moment waarop hij zijn voet moet sluiten om zijn welverdiende prooi. Wow, wat een jager!

GettyImages-813929938 © Getty images

BANNER_FREEK