TrosKompas

tvk_Extra1.jpg

The extraordinary journey of the fakir (2018)

Een geliefd boek verfilmen kan lastig zijn, maar in dit geval is het resultaat een kleurrijke en humoristische feelgoodfilm over een arme Indiase fakir die in Europa in de meest bizarre avonturen belandt.

Met Bollywood heeft India een enorme filmindustrie die de Amerikaanse overtreft wat betreft het aantal titels. Ook met westerse films is India bezig aan een opmars. Na het succes van ‘The Darjeeling Limited’, ‘Slumdog millionaire’ en ‘The Best Exotic Marigold Hotel’ volgden titels als ‘The man who knew infinity’ en ‘Lion’, die zich allemaal geheel of gedeeltelijk in India afspelen. Regisseur Ken Scott besloot op dit succes mee te liften en de populaire roman ‘De wonderbaarlijke reis van de fakir die vastzat in een IKEA-kast’ van Romain Puértolas te verfilmen. Hoofdpersoon is Ajatashatru Patel (Dhanush), kortweg Aja, die als kleine jongen in Mumbai opgroeit zonder vader. Om met zijn moeder het hoofd boven water te houden, gebruikt hij vingervlugheid en dubieuze goocheltrucjes om wat extra inkomen bij elkaar te ritselen. Het echte avontuur begint jaren later, wanneer Aja volwassen is en zijn moeder overlijdt. Met haar as in een urn gaat Aja naar Parijs, op zoek naar zijn vader.

Schot in de roos
In een filiaal van IKEA in Parijs ontmoet Aja de Amerikaanse Marie (Erin Moriarty), op wie hij op slag verliefd wordt. Zijn volgende afspraakje met haar wordt echter verhinderd doordat Aja in een kast belandt die per vrachtwagen naar Engeland wordt vervoerd. De verdere belevenissen van Aja brengen hem in aanraking met vluchtelingen, popster Nelly (Bérénice Bejo), een koffer met geld en een luchtballon. Dhanush als de sympathieke fakir is een schot in de roos. De film is in het begin zo Indiaas als ‘Slumdog millionaire’ en verder zo levendig en luchtig als ‘De 100-jarige man die uit het raam klom…’ Hier en daar zijn er wel veel toevalligheden en er wordt te gemakkelijk over langskomende problemen als de vluchtelingencrisis heengestapt. Toch is deze film zeer vermakelijk.

Met Bollywood heeft India een enorme filmindustrie die de Amerikaanse overtreft wat betreft het aantal titels. Ook met westerse films is India bezig aan een opmars. Na het succes van ‘The Darjeeling Limited’, ‘Slumdog millionaire’ en ‘The Best Exotic Marigold Hotel’ volgden titels als ‘The man who knew infi-ity’ en ‘Lion’, die zich allemaal geheel of gedeeltelijk in India afspelen. Regisseur Ken Scott besloot op dit succes mee te liften en de populaire roman ‘De wonderbaarlijke reis van de fakir die vastzat in een IKEA-kast’ van Romain Puértolas te verfilmen. Hoofdpersoon is Ajatashatru Patel (Dhanush), kortweg Aja, die als kleine jongen in Mumbai opgroeit zonder vader. Om met zijn moeder het hoofd boven water te houden, gebruikt hij vingervlugheid en dubieuze goocheltrucjes om wat extra inkomen bij elkaar te ritselen. Het echte avontuur begint jaren later, wanneer Aja volwassen is en zijn moeder overlijdt. Met haar as in een urn gaat Aja naar Parijs, op zoek naar zijn vader.

Schot in de roos
In een filiaal van IKEA in Parijs ontmoet Aja de Amerikaanse Marie (Erin Moriarty), op wie hij op slag verliefd wordt. Zijn volgende afspraakje met haar wordt echter verhinderd doordat Aja in een kast belandt die per vrachtwagen naar Engeland wordt vervoerd. De verdere belevenissen van Aja brengen hem in aanraking met vluchtelingen, popster Nelly (Bérénice Bejo), een koffer met geld en een luchtballon. Dhanush als de sympathieke fakir is een schot in de roos. De film is in het begin zo Indiaas als ‘Slumdog millionaire’ en verder zo levendig en luchtig als ‘De 100-jarige man die uit het raam klom…’ Hier en daar zijn er wel veel toevalligheden en er wordt te gemakkelijk over langskomende problemen als de vluchtelingencrisis heengestapt. Toch is deze film zeer vermakelijk.