Hergé, de bedenker van Kuifje
De stripreeks ‘De avonturen van Kuifje’ is tot op de dag van vandaag mega populair. Het grote succes van Kuifje is te danken aan het fantasievolle brein van de Belgische striptekenaar George Prosper Remi (1907-1983). Hij tekende zijn allereerste strip voor een padvindersblad. Vanaf zijn zeventiende signeerde hij zijn tekeningen met Hergé. Een pseudoniem gevormd uit zijn initialen, ‘R’ voor zijn achternaam en ‘G’ voor zijn voornaam. De eerste Franstalige stripaflevering over de fictieve reporter Tintin en zijn witte foxterriër Milou verscheen in 1929 in een Waalse krant. In 1930 verscheen het eerste stripalbum ‘Les aventures de Tintin, reporter du Petit “Vingtième”, au pays des Soviets’ (Kuifje in het land van de Sovjets). Pas in 1943, bij de publicatie van de strip ‘De geheimzinnige ster’ werd voor het eerst de naam Kuifje gebruikt en kreeg Milou de naam Bobbie.
Vriend en vijand
Kuifje zou ondanks zijn spannende avonturen waarschijnlijk nooit zo populair zijn geworden zonder kapitein Haddock. Die heeft een opvliegend karakter en een grote voorliefde voor krachttermen als: ‘duizend bommen en granaten’, ‘ellendelaren’ en ‘gediplomeerde komkommers’. De hardhorende professor Zonnebloem is een geniale geleerde die onder meer een miniduikboot heeft uitgevonden. Een komische rol is weggelegd voor het stuntelige detectiveduo Jansen en Janssen. Hoewel ze als twee druppels water op elkaar lijken, zijn ze geen broers. Een minder belangrijke rol spelen de nuffige butler Nestor en operazangeres Bianca Castafiore. Zij wordt altijd vergezeld door haar pianist Igor en kamenierster Irma. Kuifje moet het in onder meer ‘De sigaren van de farao’ en ‘De Blauwe Lotus’ opnemen tegen aartsvijand Roberto Rastapopoulus. De miljardair geeft leiding aan een internationaal misdaadsyndicaat en handelt in opium. Ook in het laatste, nooit voltooide album ‘Kuifje en de Alfa-kunst’ speelt hij een rol. Het overlijden van Hergé betekende een definitief einde van Kuifje. De striptekenaar had namelijk laten vastleggen dat er na zijn overlijden geen Kuifje-verhaal meer gemaakt mag worden.
