TrosKompas

Freek Vonk

Neushoornleguaan

Neushoornleguanen komen voor op de Grote Antillen, zoals op Haïti en de Dominicaanse republiek. Je vindt ze daar veel op de rotsen aan de kust. Ze danken hun naam aan de hoorntjes op hun neus, die enige gelijkenis vertonen met die van een neushoorn – maar dan een heel stuk kleiner! Bij de mannetjes zijn deze hoorntjes wel wat groter dan bij de vrouwtjes. Daarnaast hebben ze ook een vrij dikke kop met een stevige schedel. Bovenop hun schedel hebben ze ook nog een soort vettig kussentje. Vermoedelijk dienen de hoorntjes, de dikke schedel en het kussentje als bescherming tegen de scherpe rotsen als mannetjes aan elkaar proberen te ontsnappen. Neushoornleguaanmannen hebben namelijk vaak ruzie, bijvoorbeeld over een stuk territorium of over een vrouwtje. En als het andere mannetje een stuk groter is dan jezelf, is het vaak wijs om het hazenpad te kiezen. Echter wegrennen over scherpe en uitstekende rotsen kan heel gevaarlijk zijn. Op deze manier zijn ze nog enigszins beschermd wanneer ze struikelen!

Tuinders

Neushoornleguanen zijn alleseters, maar eten vooral bladeren, bloemen, zaden en veel fruit. Dat maakt hen een soort tuinders. In dat fruit zitten namelijk zaden, en sommige ontkiemen pas als ze zijn uitgepoept door een neushoornleguaan. Alleen dan ontstaat er een nieuw plantje. Zo zijn deze leguanen heel belangrijk voor hun leefomgeving, vanwege de verspreiding van zaden. Ze zijn dus niet alleen gaaf om te zien, maar ook nog heel erg nuttig!  

fv
Beeld: © Raimond Spekking  CC BY-SA 3.0

BANNER_FREEK