TrosKompas

Freek Vonk

Vale toerako

Als ik in Zuid-Afrika over de savanne loop, hoor ik iemand ineens heel hard ‘go away!’ roepen. Wat is dat nou? Ah, ik zie het al: een vale toerako!

Er zitten een paar vale toerako’s hoog in een acaciaboom. Ze smikkelen van de peulen. Ik hoor ze nog een paar keer roepen; het is een grappig, bijna menselijk geluid. Geen wonder dat deze grijze vogels in het Engels ‘go-away bird’ genoemd worden. Het geroep is natuurlijk niet voor mij bedoeld, maar voor elkaar. Net als andere soorten toerako’s leven vale toerako’s in familie-groepjes samen. Hun luidruchtige repertoire omvat diepe, rauwe geluiden en gekraak. Ook al zijn de vogels zelf onopvallend gekleurd, je kunt ze bijna niet missen als ze met elkaar zitten te kwebbelen. Wat ik zo mooi vind is die kuif op hun kop. Ze kunnen die plat over hun kop leggen of rechtop zetten; het ligt eraan hoe hun pet staat. Vale toerako’s zijn dol op vruchten, bladeren en bloemen. Met hun korte, rechte snavel trekken ze gemakkelijk de zachte pulp uit allerlei vruchten.

 

Mierenmiddeltje
Net als sommige andere vogels zoeken vale toerako’s soms een mierennest op de grond en gaan er dan - plof - bovenop zitten. Ze spreiden hun vleugels en staart helemaal uit en maken hun lichaam plat. De mieren, woedend over zoveel brutaliteit, beginnen hun aanval en krioelen tussen de veren. Het gekke is: de vogels laten het gewoon toe. Want dit is de toerako-manier om te ontluizen. De vogels gaan namelijk niet zomaar op ieder nest zitten. Het zijn altijd nesten van mieren die niet kunnen steken, maar die wel mierenzuur of een vies olieachtig goedje uitscheiden ter verdediging. Die middeltjes helpen niet alleen om vijanden mee te verslaan, maar waarschijnlijk ook tegen allerlei ongedierte dat zich in vogelveren schuilhoudt. Hoe slim is dat! Ze zullen erna alleen wel een beetje stinken.

 

Foto © GettyImages