TrosKompas

Freek Vonk

Spookkrab

Ik ben in Suriname, en voor het avondeten maak ik nog even een rondje over het schemerige strand. Het zand lijkt overal tot leven te komen. Spookkrabben!

Spookkrabben heten zo omdat vooral de jonge dieren grotendeels doorzichtig zijn en daardoor geheel wegvallen tegen de achtergrond. Deze camouflage is natuurlijk handig, want ze staan op het menu van allerlei soorten vogels. Spookkrabben moeten dan ook continue op hun hoede zijn. Hun ogen zitten op lange steeltjes en kunnen een rondje draaien. Zodra ze gevaar spotten, rennen ze vliegensvlug hun holletje in en zijn ze in no-time verdwenen in het zand. Ze rennen met ruim twee meter per seconde!

Nog net geen ‘Boe!’
Maar ook een spookkrab die zich in een hoek gedreven voelt geeft zich niet zonder slag of stoot gewonnen. Hij heeft venijnige scharen om een belager mee te knijpen, maar liefst maakt hij helemaal geen lichaamscontact – dat kan altijd fout gaan. Om anderen uit zijn buurt te houden maakt hij geluid. Helaas roept de spookkrab geen ‘Boe!’, maar het effect dat hij hoopt te bereiken is hetzelfde. Als een vijand schrikt, geeft hem dat net dat beetje tijd om te vluchten en te ontsnappen. Hij heeft speciale structuren op z’n scharen waarmee hij die geluiden produceert, alleen kan hij niet tegelijkertijd geluid maken en knijpen.

Uniek maaggegrom
Onderzoekers vonden recent nog een andere bron van geluid die dat probleem oplost: z’n maag. In een krabbenmaag zitten kleine tandjes, die samen een rasp vormen en helpen bij de spijsvertering. Blijkbaar kunnen spookkrabben er ook mee grommen; en maaggegrom is uniek in de dierenwereld! Een spookkrab met een knorrende maag heeft dus geen trek, maar laat weten dat hij boos is. Zo heeft-ie zijn scharen vrij om meteen in de aanval te gaan. Wat een mooie vondst voor de wetenschap!

 

Beeld: © Getty Images