Gaviaal

De gaviaal komt voor in de rivieren en moerassen van India. het is een van de grootste krokodillensoorten op aarde en kan wel zes meter groot worden.

Wat hebben gavialen een gekke snuit! Dit is een aanpassing aan hun dieet. Ze eten namelijk alleen maar vis, terwijl de meeste andere krokodillensoorten ook andere dieren eten. Met een brede krokodillenbek is het niet zo makkelijk om glibberige vissen te vangen. De gaviaal echter kan dankzij zijn lange dunne snuit onder water snel zijwaarts draaien om een vis te grijpen, zodat hij zo min mogelijk last heeft van de weerstand van het water. In zijn boven- en onderkaak zitten meer dan honderd vlijmscherpe tanden, waardoor zelfs de glibberigste vis niet meer kan ontsnappen. Zit een vis eenmaal gevangen tussen die vlijmscherpe tanden, dan is het met hem gedaan.

Snuitje wrijven
De volwassen mannetjes zijn iets groter dan de vrouwtjes en zijn te herkennen aan een knobbel op het uiteinde van de snuit. Die ontstaat als de gaviaal een jaar of dertien is en volwassen wordt. Deze knobbel flapt op en neer als hij ademhaalt, en hij kan er een hard, zoemend geluid mee maken dat een kilometer ver te horen is. Ideaal om vrouwtjes mee
te lokken, maar ook voor
het aangeven van het territorium aan indringers: ophoepelen! Als een mannetje en een vrouwtje elkaar zien zitten, wrijven ze hun snuiten tegen elkaar aan. Het mannetje klimt op het vrouwtje en samen dompelen ze zich zo’n 30 minuten onder in het water om te paren. Na de paring legt het vrouwtje dertig tot vijftig eieren – zo groot als een tennisbal - in een zelf gegraven kuil in het zand, een paar meter van het water vandaan. Drie maanden later komen de jonkies uit.