TrosKompas

Nostalgie GT Rovers

Het petroleumstel

Petroleum werd vanaf 1851 commercieel gewonnen, maar het zou nog wel 25 jaar duren voordat men erop ging koken. Het was te koop bij de drogist of bij de olieboer, die met zijn kar door de straten reed om de petroleumkan bij te vullen. Niet iedereen ging overigens even secuur om met dit uiterst brandbare goedje, waardoor er in die tijd heel wat huizen in vlammen zijn opgegaan. Had je brand? Dan mocht je echt niet met water blussen! Brandende petroleum bleef daar namelijk op drijven en kon alleen geblust worden met zand. In veel keukens stonden daarom de drie emaillen bakjes met zand, zeep en soda op het aanrecht.

 

Die geur…

Natuurlijk werd er ook gekookt op de kolenkachel, maar die stak je niet aan in de zomer. Het petroleumstel was dan echt super handig en... veel goedkoper dan de kolen. Gebruikte je echter meer pannen, dan had je meer ‘stellen’ nodig. Ook duurde het koken behoorlijk lang. Jamie Olivers 30 minuten koken? Dat kon je wel vergeten. En wat te denken van het roet dat vrijkwam bij de verbranding? Jakkes! Misschien wel het ergst was de geur van de petroleum. Het heerlijke aroma van het eten werd compleet verpest. Hoewel niet iedereen de petroleumgeur vies vond.

 

Het einde

In veel huishoudens stond tot midden jaren zestig het petroleumstel van Haller op het aanrecht. Dat was het meest favoriet. Tja, en toen werden er gasleidingen in de huizen aangelegd. Het koken ging opeens een stuk sneller, waardoor de petroleumstellen naar de zolder verdwenen. Toch heeft niet iedereen het stel definitief verbannen. Er zijn nog steeds liefhebbers die het gebruiken voor een heerlijk nostalgisch stoofpotje.

 

petroleumstel

Beeld: © Rasbak/Wikipedia CC BY-SA 3.0

BANNER_ROVERS